De aanwijzingen dat autisme en schizofrenie een gemeenschappelijke oorzaak hebben stapelen zich op. Uit onderzoek van de afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie van het UMC Utrecht blijkt dat beide aandoeningen veel gemeenschappelijke symptomen hebben en dat bovendien de genetische basis deels overeenkomt. Drie promotie-onderzoeken wijzen in die richting.
Patiënten met Multiple Complex Developmental Disorder (MCDD), een subtype van de aan autisme verwante stoornissen, vertonen symptomen die zowel in autisme als schizofrenie voorkomen. Mensen met MCDD hebben sociale problemen maar kampen ook met denkstoornissen en heftige stemmingswisselingen, en tot zestig procent van hen ontwikkelt als volwassene een stoornis binnen het schizofrene spectrum.
Kinder- en jeugdpsychiater Bertine Lahuis onderzocht of deze MCDD kinderen ook in biologisch opzicht verschillen van kinderen met autisme. Zij vond inderdaad afwijkingen bij MCDD kinderen die eerder gevonden zijn bij patiënten met schizofrenie. Opvallend genoeg is het totale hersenvolume bij MCDD niet vergroot, terwijl dat bij autisme wel het geval is. Dat suggereert volgens Lahuis dat MCDD later en op een andere manier dan autisme ontstaat.
MCDD is niet opgenomen in het handboek van psychiatrische aandoeningen, de DSM IV. Het wordt gezien als een subtype van Pervasive Developmental Disorder - Not otherwise Specified, een autisme-achtige stoornis. Utrechtse onderzoekers pleiten voor het erkennen van MCDD als aparte aandoening.
Kinderpsychiater i.o. Jacob Vorstman voert in zijn proefschrift bewijs aan voor een genetisch verband tussen autisme en schizofrenie. Hij onderzocht patiënten met het 22q11 deletie syndroom. Deze mensen missen een stuk van hun DNA waardoor ze diverse medische problemen hebben, maar ook vaak schizofrenie ontwikkelen. Vorstman onderzocht zestig patiënten van 9 tot 18 jaar en vond in dertig autisme-achtige symptomen en in zestien psychotische problemen. Kennelijk spelen de ontbrekende genen, die in het 22q11-gebied liggen, zowel een rol bij het ontstaan van autisme als schizofrenie.
Eerder deze maand promoveerde Mirjam Sprong. In haar onderzoek vergeleek ze twee groepen jongeren tussen de 12 en 18 jaar. De eerste groep van 80 jongeren had symptomen die wezen op het voorstadium van een psychose, een symptoom van schizofrenie. De tweede groep van 32 jongeren had de diagnose MCDD. Beide groepen bleken vergelijkbare schizotypische persoonlijkheidstrekken en sociale problemen te hebben. Bovendien voldeed 78 procent van de jongeren met MCDD aan de criteria die wijzen op het voorstadium van een psychose.
De strenge scheiding die we aangebracht hebben tussen autisme en schizofrenie was te voorbarig, zegt prof. dr. em. Herman van Engeland, jeugdpsychiater bij het UMC Utrecht en promotor van Sprong, Lahuis en Vorstman. Tussen beide aandoeningen bestaat veel overlap, het is een vloeiende overgang.
Bertine Lahuis promoveerde en Jacob Vorstman en Mirjam Sprong verkregen hun doctorstitel op bovenstaand onderzoek, allen aan de Universiteit Utrecht.
1 opmerking:
zonder (nog) deze dissertaties te hebben gelezen, vermoed ik dat een eventuele gemeenschappelijke genetische oorzaak geen overeenkomst in de problematiek hoeft te betekenen. Bij schizofrenie schiet de 'geprogrammeerde celdood' te ver door, bij autisme is het juist omgekeerd: groot verschil!
Een reactie posten