Hoogleraar kindergeneeskunde Wietse Kuis ziet ze wekelijks op zijn spreekuur in het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht. Gezonde kinderen die zo moe zijn dat ze niet meer naar school kunnen en onverklaarbare pijnen hebben. De pijnen zijn soms zo erg dat ouders en artsen kanker of kinderreuma vermoeden. Maar de kinderen die bij Kuis komen, zijn allemaal uitgebreid onderzocht en hebben geen van deze ziektes en ook geen pfeiffer. Ze zijn om andere redenen uitgeput.
Kuis: ‘De grootste groep van mijn vermoeide patiënten heeft een enorm druk leven. Veel kinderen vinden het moeilijk om keuzes te maken en doen daarom maar alles naast elkaar. Het onderzoek naar het eventuele verband tussen deze drukke leefstijl en vermoeidheid loopt nog, maar als ik alleen naar mijn praktijkervaringen kijk, zie ik in die leefstijl wel degelijk een oorzaak van langdurige vermoeidheid bij kinderen. Natuurlijk zijn er kinderen die een druk leven prima aankunnen, maar er is zeker ook een groep die dat niet kan. En juist in een wereld die steeds drukker wordt en qua informatieverwerking meer van ons vraagt, dreigt een steeds grotere groep kinderen de boot te missen.’
Kuis doet al jaren onderzoek naar het Chronisch Vermoeidheids Syndroom bij kinderen. Om de klachten van chronisch vermoeide patiëntjes te onderzoeken, vergeleek hij ze met een gezonde controlegroep van driehonderdvijftig kinderen. Toen bleek dat 10 procent van de gezonde kinderen tussen 12 en 16 jaar langer dan twee maanden ernstig vermoeid is. Dit gold ook voor 5 procent van de kinderen onder de 12. De kinderen waren niet lichamelijk ziek, maar lagen soms maanden op de bank omdat ze zo moe waren.
Drukke wereld
Deskundigen zien verschillende oorzaken voor het feit dat steeds meer kinderen moe en overprikkeld raken. Eén factor is de buitenwereld, die steeds drukker is geworden en steeds meer informatie op ons afvuurt. Kinderen staan aan veel meer invloeden bloot dan tien jaar geleden, terwijl hersenen er eeuwen over doen om zich aan te passen. Niet alle hersenen kunnen die veelheid aan prikkels dus aan. En niet alleen de kwantiteit van de informatie is veranderd en groter geworden, ook de kwaliteit is veranderd. Vroeger moest je over een behoorlijke woordenschat beschikken om informatie te krijgen over volwassen onderwerpen. Met de komst van internet heeft ieder kind dat met een muis kan klikken toegang tot informatie die het vaak nog niet kan plaatsen. Natuurlijk geldt dit ook voor volwassenen, maar die zijn meestal beter opgewassen tegen de informatiestroom van de moderne maatschappij.
Vooral sociaal vaardige, geïnteresseerde en slimme kinderen kunnen last hebben van alle prikkels die ze moeten verwerken, zo blijkt. Zij kunnen zich moeilijk afsluiten en zuigen het liefst de hele wereld in zich op. Ze vinden het vaak fijn om andere mensen van dienst te zijn en kunnen moeilijk nee zeggen. Ook tegen de leuke dingen in het leven zeggen ze meestal geen nee. Vaak zijn het kinderen die, net als in de Sire-campagne, op twee sporten zitten, muziek maken, aan schooltoneel doen en een druk sociaal leven hebben. Ze dóen het niet alleen, ze willen er ook nog goed in zijn. Waarschijnlijk omdat ze zo duidelijk aanvoelen wat er van ze verwacht wordt en ook omdat ze voor zichzelf de lat hoog leggen. Het zijn vaak kinderen die op school alleen maar tevreden zijn met een 9 of een 10 en willen dat iedereen ze lief en aardig vindt.
Dat gaat vaak jaren goed, tot ze bijvoorbeeld griep krijgen en thuis moeten blijven. De griep gaat over maar ze blijven moe en hebben vaak hoofdpijn en buikpijn. De vermoeidheid is zo ernstig, dat ze al hun hobby’s en ook hun school tijdelijk op moeten geven. Als ze, vaak via een huisarts en een kinderarts bij een specialist komen, duurt het meestal even voordat ze zelf zien dat de vermoeidheid onder meer met hun manier van leven te maken heeft.
Hoogleraar kindergeneeskunde Kuis: ‘Een meisje dat in de brugkas van het vwo zit, maar dat eigenlijk niet aankan, wil niet van mij horen dat ze boven haar niveau werkt. Dat geldt meestal ook voor de ouders. De wensen van ouders kunnen erg drukken op de kinderen. Zo’n meisje hangt vaak veel van haar eigenwaarde op aan het feit dat ze op het vwo zit. Dan is het een hard gelag als ik zeg dat ze misschien naar de havo moet gaan. Aan de andere kant kan het ook fijn zijn voor kinderen als de dokter tegen ze zegt dat ze de dingen anders aan moeten pakken. Zo kwam er bijvoorbeeld eens een jongetje bij mij dat op heel hoog niveau voetbalde. Hij was al tijden ontzettend moe, onder anderen omdat het voetbalniveau gewoon te hoog was voor hem. Op zijn club heeft hij toen gezegd dat hij moest stoppen van de dokter. Dat was een stuk makkelijker dan zelf toegeven dat hij het niet aankon.’
Deskundigen zien verschillende oorzaken voor het feit dat steeds meer kinderen moe en overprikkeld raken. Eén factor is de buitenwereld, die steeds drukker is geworden en steeds meer informatie op ons afvuurt. Kinderen staan aan veel meer invloeden bloot dan tien jaar geleden, terwijl hersenen er eeuwen over doen om zich aan te passen. Niet alle hersenen kunnen die veelheid aan prikkels dus aan. En niet alleen de kwantiteit van de informatie is veranderd en groter geworden, ook de kwaliteit is veranderd. Vroeger moest je over een behoorlijke woordenschat beschikken om informatie te krijgen over volwassen onderwerpen. Met de komst van internet heeft ieder kind dat met een muis kan klikken toegang tot informatie die het vaak nog niet kan plaatsen. Natuurlijk geldt dit ook voor volwassenen, maar die zijn meestal beter opgewassen tegen de informatiestroom van de moderne maatschappij.
Vooral sociaal vaardige, geïnteresseerde en slimme kinderen kunnen last hebben van alle prikkels die ze moeten verwerken, zo blijkt. Zij kunnen zich moeilijk afsluiten en zuigen het liefst de hele wereld in zich op. Ze vinden het vaak fijn om andere mensen van dienst te zijn en kunnen moeilijk nee zeggen. Ook tegen de leuke dingen in het leven zeggen ze meestal geen nee. Vaak zijn het kinderen die, net als in de Sire-campagne, op twee sporten zitten, muziek maken, aan schooltoneel doen en een druk sociaal leven hebben. Ze dóen het niet alleen, ze willen er ook nog goed in zijn. Waarschijnlijk omdat ze zo duidelijk aanvoelen wat er van ze verwacht wordt en ook omdat ze voor zichzelf de lat hoog leggen. Het zijn vaak kinderen die op school alleen maar tevreden zijn met een 9 of een 10 en willen dat iedereen ze lief en aardig vindt.
Dat gaat vaak jaren goed, tot ze bijvoorbeeld griep krijgen en thuis moeten blijven. De griep gaat over maar ze blijven moe en hebben vaak hoofdpijn en buikpijn. De vermoeidheid is zo ernstig, dat ze al hun hobby’s en ook hun school tijdelijk op moeten geven. Als ze, vaak via een huisarts en een kinderarts bij een specialist komen, duurt het meestal even voordat ze zelf zien dat de vermoeidheid onder meer met hun manier van leven te maken heeft.
Hoogleraar kindergeneeskunde Kuis: ‘Een meisje dat in de brugkas van het vwo zit, maar dat eigenlijk niet aankan, wil niet van mij horen dat ze boven haar niveau werkt. Dat geldt meestal ook voor de ouders. De wensen van ouders kunnen erg drukken op de kinderen. Zo’n meisje hangt vaak veel van haar eigenwaarde op aan het feit dat ze op het vwo zit. Dan is het een hard gelag als ik zeg dat ze misschien naar de havo moet gaan. Aan de andere kant kan het ook fijn zijn voor kinderen als de dokter tegen ze zegt dat ze de dingen anders aan moeten pakken. Zo kwam er bijvoorbeeld eens een jongetje bij mij dat op heel hoog niveau voetbalde. Hij was al tijden ontzettend moe, onder anderen omdat het voetbalniveau gewoon te hoog was voor hem. Op zijn club heeft hij toen gezegd dat hij moest stoppen van de dokter. Dat was een stuk makkelijker dan zelf toegeven dat hij het niet aankon.’
Nu even niet
De meeste kinderen die oververmoeid zijn en onder druk staan, zijn gebaat bij cognitieve gedragstherapie. Vaak begin zo’n therapie met het bijhouden van een dagboek. In het dagboek moeten de kinderen samen met hun ouders bijhouden wat ze allemaal doen en wanneer ze moe worden of pijn krijgen. Door zo’n dagboek zien de kinderen ook eerder het verband tussen hun activiteiten en hun klachten. Ze merken ook dat als ze langere tijd minder doen, hun klachten afnemen. Maar dat moeten ze dus wel volhouden. Bij kinderen die gevoelig zijn voor prikkels en daar vermoeid door raken, helpt het meestal maar tijdelijk als ze bijvoorbeeld gedurende de vakantie goed uitrusten. Als ze na de vakantie weer al hun activiteiten oppakken, raken ze meestal binnen de kortste keren weer oververmoeid. Gewoon omdat hun gestel zoveel indrukken niet aankan.
Gerben Sinnema, hoofd medische psychologie in het Utrechtse Wilhelmina Kinderziekenhuis, leert oververmoeide kinderen hoe ze anders met dingen om kunnen gaan. Sinnema: ‘Kinderen zijn soms bang dat ze een heel ander mens moeten worden van mij, dat ze het leefpatroon van een bejaarde krijgen. Maar ik leer ze vooral om anders over de dingen te gaan denken zodat ze zich ook anders zullen gedragen. Kinderen met een druk leven moeten met minder hobby’s toe kunnen. En de sport of activiteit die ze willen doen, hoeven ze helemaal niet tot in de perfectie beoefenen. Vooral meisjes hebben nogal eens de neiging om op school pas tevreden te zijn met een 9 of een 10. Maar ook in vriendschappen willen ze het allerbeste. Ze hebben vaak alles voor hun vrienden en familie over en lijden verschrikkelijk onder ruzie. Ze willen het iedereen naar de zin maken waardoor ze hun eigen behoeftes helemaal wegcijferen. Soms leven ze zich zo in, dat ze erg lijden onder de problemen van anderen en daardoor zelfs slaapproblemen krijgen. Ik leer ze dan dat ze, net als in de reclame, ook wel eens ‘nu even niet’ mogen zeggen. Dat het gezond is om van je af te bijten en dat ze niet alle problemen van de wereld op hun schouders kunnen nemen. Voor veel van deze meisjes is het heel eng om dit lieve en sociale gedrag te veranderen. Hun gevoel van eigenwaarde is voornamelijk gebaseerd op het voor anderen klaarstaan en ze zijn vaak bang dat andere mensen hen laten vallen als ze meer aan zichzelf denken.’ Sinnema vertelt dat hij juist hele kleine stapjes met zijn patiënten neemt. ‘Ze krijgen bijvoorbeeld het huiswerk om die week een keer ‘Nee’ te zeggen op een verzoek. Meestal proberen ze dat als eerste bij familieleden en ontdekken dan dat de wereld niet instort als zij een keer zichzelf op de eerste plaats zetten.’
De meeste kinderen die oververmoeid zijn en onder druk staan, zijn gebaat bij cognitieve gedragstherapie. Vaak begin zo’n therapie met het bijhouden van een dagboek. In het dagboek moeten de kinderen samen met hun ouders bijhouden wat ze allemaal doen en wanneer ze moe worden of pijn krijgen. Door zo’n dagboek zien de kinderen ook eerder het verband tussen hun activiteiten en hun klachten. Ze merken ook dat als ze langere tijd minder doen, hun klachten afnemen. Maar dat moeten ze dus wel volhouden. Bij kinderen die gevoelig zijn voor prikkels en daar vermoeid door raken, helpt het meestal maar tijdelijk als ze bijvoorbeeld gedurende de vakantie goed uitrusten. Als ze na de vakantie weer al hun activiteiten oppakken, raken ze meestal binnen de kortste keren weer oververmoeid. Gewoon omdat hun gestel zoveel indrukken niet aankan.
Gerben Sinnema, hoofd medische psychologie in het Utrechtse Wilhelmina Kinderziekenhuis, leert oververmoeide kinderen hoe ze anders met dingen om kunnen gaan. Sinnema: ‘Kinderen zijn soms bang dat ze een heel ander mens moeten worden van mij, dat ze het leefpatroon van een bejaarde krijgen. Maar ik leer ze vooral om anders over de dingen te gaan denken zodat ze zich ook anders zullen gedragen. Kinderen met een druk leven moeten met minder hobby’s toe kunnen. En de sport of activiteit die ze willen doen, hoeven ze helemaal niet tot in de perfectie beoefenen. Vooral meisjes hebben nogal eens de neiging om op school pas tevreden te zijn met een 9 of een 10. Maar ook in vriendschappen willen ze het allerbeste. Ze hebben vaak alles voor hun vrienden en familie over en lijden verschrikkelijk onder ruzie. Ze willen het iedereen naar de zin maken waardoor ze hun eigen behoeftes helemaal wegcijferen. Soms leven ze zich zo in, dat ze erg lijden onder de problemen van anderen en daardoor zelfs slaapproblemen krijgen. Ik leer ze dan dat ze, net als in de reclame, ook wel eens ‘nu even niet’ mogen zeggen. Dat het gezond is om van je af te bijten en dat ze niet alle problemen van de wereld op hun schouders kunnen nemen. Voor veel van deze meisjes is het heel eng om dit lieve en sociale gedrag te veranderen. Hun gevoel van eigenwaarde is voornamelijk gebaseerd op het voor anderen klaarstaan en ze zijn vaak bang dat andere mensen hen laten vallen als ze meer aan zichzelf denken.’ Sinnema vertelt dat hij juist hele kleine stapjes met zijn patiënten neemt. ‘Ze krijgen bijvoorbeeld het huiswerk om die week een keer ‘Nee’ te zeggen op een verzoek. Meestal proberen ze dat als eerste bij familieleden en ontdekken dan dat de wereld niet instort als zij een keer zichzelf op de eerste plaats zetten.’
Duim in de mond en niksen
In de reguliere gezondheidszorg wordt pas de laatste jaren onderzoek gedaan naar het verband tussen vermoeide kinderen en een druk leven. In de antroposofie, de leer- en geneeswijze van Rudolf Steiner, is al langer aandacht voor dit probleem. Antroposofisch kinderarts Edmond Schoorel denkt dat kinderen al langer overprikkeld raken, maar dat er nu pas een klimaat is ontstaan waarin we het daar over kunnen hebben. ‘In de antroposofie kijken we altijd uitgebreid naar hoe een kind in elkaar zit. Door middel van gesprekken, massage, muziek en oefeningen vormen we een multidisciplinair beeld van een kind. Ik herken inderdaad het beeld van het lieve, sociale, open en geïnteresseerde kind met een onvermogen om te selecteren waar het zich mee bezig wil houden. Alles komt heel direct binnen bij deze kinderen. Ze willen alles weten en meemaken en trekken zich niet op tijd terug. Een gezonde kleuter gaat, als de dingen hem te veel worden, bijvoorbeeld met de duim in zijn mond in een hoekje zitten. Hij trekt zich dan terug in zijn eigen wereldje en verwerkt zo wat hij heeft meegemaakt. Maar in deze maatschappij waarin er altijd iets gebeurt en er weinig momenten van rust zijn, lukt het sommige kinderen niet om zich af te sluiten. Vaak hebben ze ook problemen met slapen omdat ze bijvoorbeeld niet kunnen stoppen met denken. Deze kinderen worden dus letterlijk ziek van alle informatie die ze binnenkrijgen. In zo’n geval raad ik de ouders aan om het leven van het kind beter te ordenen en het te helpen met het maken van beslissingen. Ook vind ik dat ouders samen met hun kinderen moeten beslissen waarnaar ze kijken op tv. Zelfs in zogenaamd leuke kinderprogramma’s zit veel informatie die allemaal weer verwerkt moet worden en deze kinderen zuigen alle informatie zo in zich op, dat televisiekijken voornamelijk vermoeiend is. Natuurlijk is het een enorme klus om je zo intensief met het leven van je kind bezig te houden. Toch is mijn ervaring dat dat wel mogelijk is en dat het ook echt werkt. Ouders van kinderen die ziek worden, hebben ook weinig keus denk ik. Die zijn meestal blij als ze merken dat deze actieve gezinscultuur kinderen enorm goed doet.’
In de reguliere gezondheidszorg wordt pas de laatste jaren onderzoek gedaan naar het verband tussen vermoeide kinderen en een druk leven. In de antroposofie, de leer- en geneeswijze van Rudolf Steiner, is al langer aandacht voor dit probleem. Antroposofisch kinderarts Edmond Schoorel denkt dat kinderen al langer overprikkeld raken, maar dat er nu pas een klimaat is ontstaan waarin we het daar over kunnen hebben. ‘In de antroposofie kijken we altijd uitgebreid naar hoe een kind in elkaar zit. Door middel van gesprekken, massage, muziek en oefeningen vormen we een multidisciplinair beeld van een kind. Ik herken inderdaad het beeld van het lieve, sociale, open en geïnteresseerde kind met een onvermogen om te selecteren waar het zich mee bezig wil houden. Alles komt heel direct binnen bij deze kinderen. Ze willen alles weten en meemaken en trekken zich niet op tijd terug. Een gezonde kleuter gaat, als de dingen hem te veel worden, bijvoorbeeld met de duim in zijn mond in een hoekje zitten. Hij trekt zich dan terug in zijn eigen wereldje en verwerkt zo wat hij heeft meegemaakt. Maar in deze maatschappij waarin er altijd iets gebeurt en er weinig momenten van rust zijn, lukt het sommige kinderen niet om zich af te sluiten. Vaak hebben ze ook problemen met slapen omdat ze bijvoorbeeld niet kunnen stoppen met denken. Deze kinderen worden dus letterlijk ziek van alle informatie die ze binnenkrijgen. In zo’n geval raad ik de ouders aan om het leven van het kind beter te ordenen en het te helpen met het maken van beslissingen. Ook vind ik dat ouders samen met hun kinderen moeten beslissen waarnaar ze kijken op tv. Zelfs in zogenaamd leuke kinderprogramma’s zit veel informatie die allemaal weer verwerkt moet worden en deze kinderen zuigen alle informatie zo in zich op, dat televisiekijken voornamelijk vermoeiend is. Natuurlijk is het een enorme klus om je zo intensief met het leven van je kind bezig te houden. Toch is mijn ervaring dat dat wel mogelijk is en dat het ook echt werkt. Ouders van kinderen die ziek worden, hebben ook weinig keus denk ik. Die zijn meestal blij als ze merken dat deze actieve gezinscultuur kinderen enorm goed doet.’
Tips voor ouders
Planning: de antroposofische kinderarts Edmond Schoorel raadt ouders van oververmoeide kinderen aan een weekplanning te maken. In het plan staat bijvoorbeeld wie wanneer ergens gaat spelen, en daar moet iedereen zich ook aan houden. Voor de rust van deze kinderen is het belangrijk om keuzes te leren maken en niet alles zomaar op zich af te laten komen. Een zelfde soort plan kan, eventueel per dag, ook voor de televisie gemaakt worden.
Nee-zeggen: leer het kind dat het niet op alle verzoeken ja hoeft te zeggen en dat het nog even lief en aardig wordt gevonden als het af en toe voor zichzelf kiest. Vooral voor meisjes kan het vaak geen kwaad dat extra te benadrukken omdat veel van hen graag lief gevonden willen worden.
Grenzen stellen: veel ouders voeden op in een overlegcultuur. Vooral voor jonge kinderen is het vermoeiend om de hele dag mee of zelf te beslissen over wat er gaat gebeuren, ze zijn dan namelijk ook verantwoordelijk voor de genomen beslissing. Voor sommige kinderen werken door de ouders vastgelegde regels daarom heel rustgevend.
www.jmouders.nl/
Planning: de antroposofische kinderarts Edmond Schoorel raadt ouders van oververmoeide kinderen aan een weekplanning te maken. In het plan staat bijvoorbeeld wie wanneer ergens gaat spelen, en daar moet iedereen zich ook aan houden. Voor de rust van deze kinderen is het belangrijk om keuzes te leren maken en niet alles zomaar op zich af te laten komen. Een zelfde soort plan kan, eventueel per dag, ook voor de televisie gemaakt worden.
Nee-zeggen: leer het kind dat het niet op alle verzoeken ja hoeft te zeggen en dat het nog even lief en aardig wordt gevonden als het af en toe voor zichzelf kiest. Vooral voor meisjes kan het vaak geen kwaad dat extra te benadrukken omdat veel van hen graag lief gevonden willen worden.
Grenzen stellen: veel ouders voeden op in een overlegcultuur. Vooral voor jonge kinderen is het vermoeiend om de hele dag mee of zelf te beslissen over wat er gaat gebeuren, ze zijn dan namelijk ook verantwoordelijk voor de genomen beslissing. Voor sommige kinderen werken door de ouders vastgelegde regels daarom heel rustgevend.
www.jmouders.nl/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten